De pauw is waarschijnlijk de eerste siervogel die door mensen werd gehouden. Al 4.000 jaar genieten we van zijn schoonheid. De witte pauw is een kweekras van de blauwe pauw. Vanwege zijn spierwitte verenkleed wordt hij ook wel ‘bruidspauw’ genoemd.
Superlange staart
Pauwenmannetjes hebben een superlange staart: een sleep met 150 kleurige veren. Het mannetje (de haan) zet zijn staart rechtop om het vrouwtje (de hen) te versieren. De ‘pauwenogen’ op zijn staartveren zijn zo goed zien. Dat is een indrukwekkend schouwspel!
Hoog hok
Vanwege zijn lange staart, moet het hok van de pauw minstens 2 meter hoog zijn. Wanneer het mannetje dan op stok zit, blijft zijn sleep van de grond. Pauwen voeden zich met wat ze op de bodem kunnen vinden: zaden en ander plantenmateriaal, maar ook slakken, insecten en wormen.
Weetje
Heb je een pauwenveer gevonden? Dan ben je een bofkont! Volgens veel mensen brengt het vinden van zo’n prachtige veer geluk.
Auteur: Manon Laterveer-de Beer In opdracht van: Gemeente Nieuwegein (2011)