Doortje, het Drentse heideschaap
“Kwááák! Kwááák!” Daar zit Kroos de Kikker. Tussen het hoge gras langs de beek. En daar komt Doortje aan. “Dag schaapje!” zegt Kroos. “Kom je ook gezellig plonsen in de beek?”

Nieuwsgierig loopt Doortje naar het water. Ze doet een stapje dichterbij… en nog een stapje… Plotseling zakken haar poten weg in de grond. Doortje staat tot haar knieën in het water. Van schrik staat ze stokstijf stil. Ze durft niet verder te lopen.

“Bhèèèhh!” blèrt Doortje. “Het is hier een moeras! En ik kan niet zwemmen… Al dat water in mijn wol, daar zink ik van!”

“Hè, dat is jammer zeg!” kwaakt Kroos. “Ík kan wél heel goed zwemmen. Zal ik het laten zien?”

Zonder op antwoord te wachten springt Kroos met een reuzensprong in het water. PLONS! Hij watertrappelt naar het midden van de beek. “Moet je opletten!” roept Kroos. “Ik kan zwemmen zónder mijn poten!”

Doortje rent langs de beek om Kroos bij te houden. “Hoe… hoe doe je dat?” hijgt ze. “Je zwemt niet, maar… maar je komt tóch vooruit!”

“Ha-kwááák, ha-kwááák!” kwaak-lacht Kroos. “Goed hè? Het water van de beek stroomt van hier naar daar. Dus ik hoef niks te doen, behalve te drijven!”

Uit: Doortje het Drentse heideschaap

Auteur: Manon Laterveer-de Beer
In opdracht van: Staatsbosbeheer

Lees hier het hele verhaal van Doortje het Drentse heideschaap, inclusief foto-impressie (2009)
Terug